maandag 3 september 2012

De zaak Zambezi


Opmerkelijk is dat het Gemeenschappelijke Hof van Justitie zich op dezelfde dag als de zaak-Spelonk over nog een unieke zaak heeft gebogen. In de ochtendzitting op Fort Oranje, besloten, niet toegankelijk voor de pers. De zaak-Zambezi. Concreet: de voortzetting van de behandeling van het klaagschrift van de Stichting Goed Bestuur tegen het seponeren door het Openbaar Ministerie van het Zambezi-onderzoek. Met als verdachten de vooraanstaande politici Ramoncito Booi en Burney el Hage.

Hoewel volgens het OM in alle acht strafdossiers aanwijzingen voor strafbare feiten waren te vinden, zag het OM geen andere mogelijkheid dan de Zambezi-zaak te seponeren. Reden: het OM had van de rechter-commissaris onvoldoende tijd voor het opsporingswerk gekregen. De kruistocht van Booi tegen het Antilliaanse OM in onder meer het parlement van de Nederlandse Antillen had blijkbaar succes gehad.

Een fascinerende kwestie. In juni 2010 besloot de voor een jaartje op Bonaire gestationeerde rechter-commissaris Veenhof het Zambezi-onderzoek in tijd te begrenzen. Lastig voor het OM en de Rijksrecherche die net een paar maanden bezig waren. Een corruptieonderzoek is namelijk een ingewikkeld onderzoek dat twee tot drie jaar kan duren. De beslissing van Veenhof was uniek. Niet eerder in Nederland of op de Antillen is een corruptieonderzoek door een rechter in tijd beperkt. Plaats van handeling voor dit unicum: Bonaire.

De opvolger van Veenhof, rechter Adang, kon niet anders dan op de door zijn voorganger ingeslagen weg doorgaan. Het betekende dat geen enkele rechter zich ooit boog over de inhoud van de dossiers, aan het sepot lagen slechts procedurele overwegingen ten grondslag. De inhoud van de dossiers kwam pas aan bod toen de drie rechters van het Hof van Justitie zich over het klaagschrift bogen. Een juridisch sluitende redenering, onderbouwd met jurisprudentie waarom rechter-commissaris Veenhof zijn uitzonderlijke besluit niet had mogen nemen. Het Hof besloot het Zambezi-onderzoek op alle dossiers te heropenen en gaf het OM opdracht over een half jaar te rapporteren over de stand van zaken. Dat gebeurt in februari 2012. Conclusie van het OM: 'vervolging opportuun en haalbaar'. Er is echter niet voldoende budget en capaciteit beschikbaar om alles te onderzoeken. Het OM vraagt vier maanden extra voor onderzoek in drie zaakdossiers en krijgt de tijd tot juni 2012 voor een vervolgrapportage. Deze rapportage is 24 augustus door het Hof behandeld. Op 13 september zal het Hof in de zaak-Zambezi een uitspraak doen: doorgaan met onderzoek, vervolgen, sepot, alles is mogelijk.

Ik moet soms denken aan de Curaçaose politicus Anthony Godett. Die werd in 2004, in de periode dat hij razend populair was wegens zijn felle retoriek tegen Nederland en Europese Nederlanders, in hoger beroep veroordeeld wegens fraude en corruptie. De vijftien maanden gevangenisstraf waarvan vijf voorwaardelijk, kostte hem het premierschap. Ook in het geval van Godett waren er veel geruchten over corruptie maar uiteindelijk belandde hij achter de tralies van de Bon Futuro gevangenis voor het aannemen van 158.000 Antilliaanse guldens (omgerekend 70.000 euro) in ruil voor het geven van een opdracht aan een aannemer. Een Antilliaanse vertakking van de Nederlandse Bouwfraude. Geld dat Godett niet aannam voor zichzelf maar voor het kopen van grond voor de nieuwe sède, het partijkantoor van de FOL.


http://www.vandorp.net/titel.asp?id=202

Geen opmerkingen:

Een reactie posten